Stellenbosch vliegveld is een nest voor kleine RV’s; van tailwheel RV6’s tot de sierlijke RV8’s, in bijna elke hangaar staat er zo’n ding. Het is niet makkelijk om van de parkeerplaatsen in een keer door te rijden naar hangar 52, want er is altijd wel iemand waarmee je een praatje kunt maken. Farren en ik waren al vroeg op het veld om nog eventjes voor mijn vlucht met instructeur Marco wat circuitjes te vliegen. Met weinig moeite wijzigde ik het plan toen Richard vroeg of ik nog even snel mee wilde in zijn RV7. Natuurlijk kon ik geen nee zeggen en sprong vol enthousiasme in de piepkleine cockpit. Petje op en gaan met die banaan!
Richard is een ex-SAA piloot en vloog vroeger voor de Zuid Afrikaanse luchtmacht. Hij bracht de kist met alle rust vredig naar 4,500 ft de Franschhoek Vallei binnen en vloog sierlijk door de kalme lucht. Met een enorme vaart hingen we opeens op zijn kop en rolde we uit de loop meteen in een Cuban 8. Deze werd gevolgd door een barrel roll die eindigde in een verticale vlucht en het prachtige patroon eindigde met een spin om de rechtervleugel. Ik voelde mijn hart in m’n keel en hield niet op met lachen, want wat krijg ik toch een kick van aerobatics vliegen!!
Nu was het mijn beurt om dit vliegtuigje in een spin te krijgen. In de heldere lucht trok ik langzaam de snelheid eruit en schopte met een harde stoot tegen de rechter rudder. Hop: daar ging de vleugel en we doken in een prachtige neerwaartse spiraal. Een… twee… JA nu vol linkervoet en knuppel neutraal: het vliegtuigje herstelde en ik trok langzaam de neus naar de horizon. Ik werd met veel kracht m’n stoel ingedrukt en deed met alle plezier nog 4 keer hetzelfde trucje. Ja, dit hoort toch echt bij je essentiële vliegopleiding toch?
Met Adrenaline gevuld tot aan mijn oren nam ik afscheid van dit krachtige monstertje en stapte in de kleine Savannah. Dit is ineens heel wat anders dan zo’n RV, maar desalniettemin nog steeds super om in te vliegen. De rest van de ochtend bestond uit circuit oefeningen met Farren en Marco, die mij toch allebei een beetje uitlachte voor mijn onbekwaamheid voor centerline landingen. Tja, je kan niet overal goed in zijn…
‘s Middags was het alweer feest. Ik mocht namelijk Luke mee nemen! Luke is een jongen die elke dag rondloopt op het veld en gek is op alles met vleugels! Hij is aardig aan de maat, maar past nu eindelijk in de Savannah. Met 50 liter brandstof zaten we net onder de MAUW. Hij heeft al jaren kennis van het luchtruim rond FASH en liet me de nodige reporting points en Airspace borders zien. Samen vlogen wij richting het zuiden en klommen we rustig over Sir Lowry’s Pass richting Hermanus. Bij de kust doken we naar 1000 voet en stuurde ik vanaf Betty’s bay helemaal naar Strand toe op 500ft hoogte. De zee was kalm, diepblauw en verfrissend, de bergen waren begroeid met groene bossen en de stranden waren parel wit. Het was een plaatje uit een National Geographic tijdschrift.
Eenmaal geland stond mijn tweede passagier Ollie ook al te springen. Hij is net klaar met zijn PPL en gaat binnenkort weer terug naar Engeland, dus hij vond het super om nog voor een laatste keer het prachtige land vanuit de lucht te zien.
Tot mijn verbazing is hij tijdens zijn hele opleiding nooit langs de zee gevlogen, dus moest ik natuurlijk even het zelfde rondje van vanochtend met hem vliegen. Al bij de Steenbras dam (net naast Sir Lowry’s Pass) kon hij zijn ogen niet geloven, dus toen we met 500 voet over de kust langs de slingerende R44 vlogen en onder ons de klotsende golven hadden, was hij sprakeloos. Samen met iemand vliegen die net zo geniet als jij zelf is een fantastische ervaring.